vlinder op bloem

Louise Vet: “Alles wat we doen zou een positieve bijdrage moeten leveren aan biodiversiteit”

Louise Vet is bioloog en emeritus hoogleraar ecologie aan Wageningen University & Research. Ze was directeur van het Nederlands Instituut voor Ecologie (NIOO-KNAW) en vervulde diverse bestuurs- en adviesfuncties op het gebied van energietransitie, circulaire economie en biodiversiteitsherstel. Buiten de wetenschap zoekt ze actief de verbinding op met het brede publiek, onder meer via lezingen en het stimuleren van milieubewuste initiatieven. Een sprekend voorbeeld van haar visie is het NIOO-gebouw, dat onder haar leiding tot stand kwam en wordt gezien als een van de meest duurzame onderzoeksgebouwen van Nederland.

In aanloop naar het LDE Climate and Biodiversity Network Event op 27 november spraken we met Louise Vet over haar passie voor ecologie, haar visie op biodiversiteit en klimaat, en de rol van wetenschap in de transitie naar een duurzame samenleving.

Hoe is uw passie voor biologie en ecologie ontstaan?Louise Vet
“Van jongs af aan ben ik gefascineerd door de enorme diversiteit van het leven. Tijdens mijn promotie aan de Universiteit Leiden raakte ik steeds meer geïnteresseerd in het grotere systeem waar wij als mens deel van uitmaken. Wij zijn één schakel in een complex netwerk van dieren, planten, insecten en talloze andere organismen. Die onderlinge interacties om een ecosysteem te laten functioneren, vind ik ontzettend fascinerend.

Die fascinatie heeft mij niet alleen een internationale wetenschappelijke carrière gebracht, maar ook een meer activistische houding. Als ecologen zien we van dichtbij hoe ernstig de biodiversiteit achteruitgaat. Dat raakt mij diep, omdat het zulke grote gevolgen heeft voor ons welzijn, onze economie en de mogelijkheid om te leven op deze planeet.”

Uw keynote op 27 november heet “Learning from nature for sustainable development.” Wat zijn de wijze lessen die we van de natuur kunnen leren? 
“De boodschap die ik sowieso wil meegeven tijdens mijn keynote is dat we meer naar de economie van de natuur moeten kijken. Die draait al miljarden jaren en functioneert uitstekend. Daar kunnen wij ongelooflijk veel van leren.

   We moeten meer naar de economie van de natuur kijken. Die draait al miljarden jaren en functioneert uitstekend.

De eerste les is dat in de natuur geen afval bestaat, omdat alles wordt hergebruikt. Dat is precies het principe van de circulaire economie. We moeten onze materialen veel vaker opnieuw gebruiken. Als onze economie maar twee keer zo circulair zou zijn, zouden we het klimaatprobleem al grotendeels hebben opgelost.

De tweede les is dat de natuur functioneert op licht en warmte van de zon. Wij moeten daar ook veel meer gebruik van maken. In het NIOO-gebouw slaan we bijvoorbeeld de warmte van de zomer op voor gebruik in de winter, en de kou van de winter voor de zomer. Dat is een circulair energiesysteem, precies zoals de natuur het doet.

De derde, en misschien wel de belangrijkste les, is dat diversiteit de basis is van al het leven op aarde. Diversiteit is iets wat je moet koesteren, niet afbreken. In de huidige economie halen we alle ‘franje’ weg om zo efficiënt mogelijk te produceren tegen de laagste kosten. Daarmee maken we het systeem kwetsbaar. Diversiteit zorgt juist voor veerkracht en aanpassingsvermogen, het houdt ecosystemen draaiende en dus het leven op aarde. Die lessen van de natuur zouden we veel bewuster moeten toepassen in onze eigen systemen.”

Hoe ziet u de relatie tussen biodiversiteit en klimaatverandering?
“Ik zeg wel eens wat provocerend: de CO₂-problematiek is niet het echte probleem, maar een symptoom van hoe slecht we met de aarde omgaan. De kern ligt bij het verlies aan biodiversiteit. Biodiversiteit vormt de basis van goed functionerende ecosystemen, die ons welzijn, onze economie en onze leefomgeving dragen. Het verlies daarvan is dus geen milieukwestie alleen, maar een maatschappelijk probleem.

   De CO₂-problematiek is niet het echte probleem, maar een symptoom van hoe slecht we met de aarde omgaan. De kern ligt bij het verlies aan biodiversiteit.

Ons huidige economische systeem is erop gericht om de productie en het bruto binnenlands product steeds verder te vergroten, maar tegelijkertijd wordt het natuurlijk kapitaal aangetast waarop al het leven is gebaseerd. Dat is fundamenteel fout.

Biodiversiteit is cruciaal om ecosystemen te laten functioneren. Die ecosystemen hebben belangrijke functies, zoals waterzuivering en bodemvruchtbaarheid, eigenlijk al die diensten die de natuur ons gratis levert. Zonder biodiversiteit verliezen we die functies één voor één.

Daarnaast is biodiversiteit onmisbaar voor zowel klimaatmitigatie als klimaatadaptatie. Vooral venen en moerassen zijn kampioen CO₂ opslag. En bij extreme weersomstandigheden, zoals droogte, overstromingen, en extreme hitte, zijn het juist goed functionerende ecosystemen die de klappen kunnen opvangen. Daarom is natuurherstel niet iets voor ‘erbij’, maar een belangrijke voorwaarde voor het tegengaan én opvangen van klimaatverandering.

Als je kijkt naar de belangrijkste oorzaak van biodiversiteitsverlies, dan ligt die in ons voedselsysteem, in de manier waarop we land gebruiken. Tienduizend jaar geleden hadden we vele bossen en wilde graslanden, maar inmiddels is ongeveer de helft van die natuurlijke leefgebieden omgezet in landbouwgrond. Hierdoor is er veel habitatverlies voor wilde soorten die een belangrijke rol spelen in ecosystemen. Bovendien gebruiken we van die landbouwgrond 77% voor veevoer en slechts 23% voor voedsel voor mensen. Dat moet echt anders.

Zo’n 30% van alle broeikasgasuitstoot komt uit de landbouw en voedselproductie. Minder vlees eten en anders produceren zijn dus niet alleen goed voor biodiversiteitsherstel, maar ook voor het klimaat. De kosten-batenverhouding van natuurherstel is één op twaalf. Steeds meer economen beginnen dat ook in te zien: bedrijven zijn zelf kwetsbaar als de natuur uit balans raakt. Heineken kan bijvoorbeeld geen bier maken zonder schoon water. Het is tijd dat we die samenhang tussen biodiversiteit, klimaatverandering en economie echt serieus gaan nemen.”

   Het is tijd dat we die samenhang tussen biodiversiteit, klimaatverandering en economie echt serieus gaan nemen.

Dit evenement brengt technische klimaatonderzoekers, ecologen, biologen bedrijfskundigen en bestuurskundigen samen. Hoe kunnen deze verschillende disciplines samenwerken aan duurzame oplossingen?
“We denken nog steeds te veel vanuit silo’s. Iedereen zit in zijn eigen onderzoeksveld, terwijl we onderdeel zijn van één groot systeem. Daarom ben ik ook zo blij met het LDE Climate and Biodiversity Program, want daarin wordt echt verbinding gemaakt tussen biodiversiteit en klimaat, twee thema’s die onlosmakelijk met elkaar verbonden zijn.

Ik heb in de afgelopen jaren ervaren hoe belangrijk het is om die samenwerking ook op regionaal niveau vorm te geven. Geïnitieerd vanuit het Deltaplan Biodiversiteitsherstel is bijvoorbeeld onderzoek verricht in Living Labs in gebieden als de Bollenstreek, de Alblasserwaard en de Ooijpolder-Groesbeek. In deze projecten werken ecologen, boeren, beleidsmakers, burgers, maar ook sociaal wetenschappers en antropologen samen om te kijken hoe je biodiversiteit in het landschap herstelt. Dat loopt nu vijf jaar en daaruit kunnen waardevolle lessen worden getrokken.

Een van de belangrijkste inzichten is dat wetenschappers niet van buitenaf advies moeten geven, maar onderdeel moeten zijn van het transitieproces. Je moet echt transdisciplinair samenwerken, niet alleen tussen wetenschappelijke disciplines, maar ook met de mensen die dagelijks in het landschap staan. Boeren, waterschappen, gemeenten, burgers: zij moeten vanaf het begin betrokken zijn bij de vraagstelling én bij de uitwerking van het wetenschappelijk onderzoek. Alleen dan kun je tot duurzame, gedragen oplossingen komen.”

   Een van de belangrijkste inzichten is dat wetenschappers niet van buitenaf advies moeten geven, maar onderdeel moeten zijn van het transitieproces.

Die manier van samenwerken zie je nu gelukkig steeds breder ontstaan. In Nederland werken we hard aan biodiversiteitsherstel, en steeds meer sectoren beseffen dat ze daar zelf een rol in kunnen spelen. Een mooi voorbeeld is het Collectief Natuurinclusief, waarin tien domeinen, zoals bouw, energie, gezondheid en de financiële sector samenwerken aan een natuurinclusieve samenleving. 

Daarnaast zie ik veel andere inspirerende initiatieven in het werkveld. Boeren die overstappen op regeneratieve landbouw, waarbij ze meer differentiatie in het landschap brengen met agroforestry, verschillende gewassen, landschapselementen en kruidenrijke graslanden, en geen gebruik meer maken van kunstmest en chemische bestrijdingsmiddelen. Dat vergroot niet alleen de biodiversiteit, maar ook de weerbaarheid en het verdienmodel van boeren. Ook burgers dragen bij: voedselbossen, vergroening van bedrijventerreinen en schoolpleinen, bloemrijke dijken en bermen, overal zie je een groeiende beweging richting een biodiverser Nederland.

De provincies en gemeenten pakken dit al goed op, maar ik hoop dat er nu ook vanuit de Rijksoverheid een frisse wind gaat waaien die deze beweging ondersteunt in plaats van afremt. De tijd van vasthouden aan het oude agrifood-denken is voorbij. We hebben kennis, voorbeelden en energie genoeg om het anders te doen. Het is tijd om op te schalen.”

Wat hoopt u dat het publiek meeneemt uit uw keynote?
“Dat wetenschappers over hun eigen schutting heen kijken en de samenwerking opzoeken. Daarbij is het belangrijk bij wat je ook doet – of je nu werkt aan water, energie of grond – je zorgt dat biodiversiteit daarin wordt meegenomen. Werk mét de natuur, in plaats van ertegen. Veel mensen denken nog: we doen het een beetje minder slecht, en dan zijn we goed bezig. Maar dat is niet genoeg. Alles wat we doen zou een positieve bijdrage moeten leveren aan biodiversiteit. Dáár begint de echte verandering.”

Louise Vet spreekt tijdens het LDE Climate and Biodiversity Network Event op 27 november bij PLNT in Leiden. In haar keynote “Learning from Nature for Sustainable Development” laat zij zien hoe we natuurlijke principes kunnen toepassen om onze samenleving veerkrachtiger en toekomstbestendiger te maken.

Wil je erbij zijn? Meld je hier aan.


Tekst: Sifra Hordijk